Keep

Deze vogel wordt af en toe in een volière gezet. Ze zijn niet zo geliefd omdat ze ontzettend agressief zijn jegens andere gezelschapsvogels. Plaats ze dus alleen met eigen soortgenoten in een volière. Ze kunnen goed overleven ons klimaat, hier komen ze namelijk ook voor. Wel is het raadzaam om een tocht- en vorstvrij nachtverblijf te realiseren, zodat ze zich altijd even terug kunnen trekken. Ook is veel begroeiing gewenst.

Een zaadmengsel voor wildzang is prima voor de keep. Ze houden enorm van zaden, voeg dus ook regelmatig onkruidzaden, bessen, groenvoer, paardenbloemknoppen e.d. toe. Ook meelwormen worden enorm gewaardeerd. Natuurlijk dient er ook altijd maagkiezel en grit ter beschikking staan. Dit zorgt ervoor dat de zaden goed afgebroken worden in de maag van deze vogels. Wanneer er jongen zijn dien je meer insecten toe te voegen aan de voeding. Buffalo wormen, miereneieren en pinky’s worden dan erg gewaardeerd.

Het verschil tussen man en pop is eenvoudig te herkennen. Het mannetje heeft namelijk een oranje borst, waar het vrouwtje dit niet heeft. Ook is de kop donkergrijs van kleur.

Deze vogel is enorm lastig te kweken. Ze leggen maar zelden eieren en doen dit het liefst in een nestkast. Deze vullen ze zelf aan met kokosvezels, boomschors, bladeren, indien dit aanwezig is.   Het vrouwtje legt ongeveer zes eieren, welke in twee weken uitgebroed worden. De jongen hebben extra insecten nodig als voeding. Ze vliegen twee weken later uit. 

De keep is een moeilijke vogel en kan niet bij andere gezelschapsvogels in de volière.