Koolmees

De koolmees wordt niet vaak in een volière gevonden, ze zijn ook heel lang verboden geweest om te houden. Tegenwoordig mag je ze wel houden, mits je ze goed ringt. Ze kunnen prima in ons klimaat overleven, maar een vorst- en tochtvrij nachthok is wel raadzaam. Het zijn echte alleseters. Ze zijn wel brutaal en echte opportunisten.

Een koolmees is een echte alleseter. Ze houden van zaden, larven en insecten. Ook bessen, bloemknoppen, vruchten en noten worden enorm gewaardeerd. Ook vetbollen en pindanetjes kun gerust in de volière hangen. Zorg tevens voor voldoende maagkiezel en grit. Dit zorgt ervoor dat de zaden worden afgebroken in de maag. Natuurlijk dient er ook volop water aanwezig te zijn.

Mannetjes zijn goed te herkennen. Ze hebben een duidelijk zwarte band, meer glans op hun kop en zwart tussen de poten.

De koolmezen leggen hun eieren graag in nestkasten. Deze vullen ze zelf nog aan met kokosvezel, veren, gras, bladeren e.d. Zorg er dus voor dat dit aanwezig is, als je graag wilt kweken. Ze leggen wel tot zo’n 12 eieren per leg. De jonge vogels komen na ongeveer twee weken uit de eieren en vliegen drie weken later uit. Zorg voor voldoende insecten als meelwormen, miereneitjes e.d. voor de jongen. Zo kunnen ze optimaal groeien. Koolmezen blijven te allen tijde zitten op de eieren, ook als je er bij wilt. Ze kunnen dan blazende geluiden maken ter afschrikking.

De koolmees mag alleen gehouden worden als ze goed geringd zijn!