De bovenzijde van deze vogel is overwegend bruin, met wat grijze tinten. De onderzijde is lichtbruin van kleur met roze tinten. Achter op de buik zijn ze rozerood. De snavel is rood en bij de ogen zit een streep die tevens rood is.
Het napoleonnetje is prima te houden in een gezelschapsvolière. Het zijn hele sociale vogels die geen ruzie maken met andere gezelschapsvogels. Tijdens de kweekperiode maken ze ook geen ruzie. Ze kunnen alleen niet tegen vorst en kou, je dient dus wel een verwarmd vorst- en tochtvrij binnenhok te hebben als je deze vogels wilt aanschaffen.
Een zaadmengsel voor tropische vogels is prima als basis voor deze vogels. Dit dien je wel aan te vullen met trosgierst, onkruidzaden en verse onkruid. Natuurlijk dient er ook altijd maagkiezel en grit aanwezig te zijn. Tijdens de kweekperiode worden levende insecten ook gewaardeerd.
Het mannetje en het popje lijken enorm op elkaar. Toch is er wel enig onderscheid te herkennen. De buikvlek van het popje is namelijk kleiner en ontbreken de roze accenten op de borst en buik tijdens de broedperiode. Ook baltst alleen het mannetje en maakt hij daarbij fluittonen.
De vogels zijn eenvoudig te houden, maar zijn lastig met het kweken. De jongen zijn namelijk moeilijk om groot te brengen, er gaan regelmatig jongen dood omdat ze niet genoeg insecten en andere eiwitten binnen krijgen. Bied dus regelmatig levend voer aan, kleine insecten bv. Ze maken het liefst een nest in een boom of struik. Soms doen ze dit zelfs op de grond als het hen veilig genoeg lijkt. Wat opvallend is, is dat ze vaak twee nesten maken. Het tweede nest dient ter afleiding voor eventuele rovers. Ze leggen zo’n vijf eieren die binnen twee weken uitgebroed worden.
Het napoleonnetje is ideaal voor een gezelschapsvolière.
