Rode druppelastrilde

Helaas zijn deze vogels niet zo vredelievend. Vooral tijdens het broedseizoen kunnen ze andere vogels vermoorden. Zelfs mannetjes en vrouwtjes kunnen elkaar gaan aanvallen, het houden van meerdere koppels is dus ook niet aan te raden. Zet nooit zwakkere en jonge vogels bij oudere exemplaren. Raadzaam is om deze vogels helemaal niet te houden, maar dat is je eigen keuze. Ze kunnen overigens prima in een buitenvolière.

Een zaadmengsel voor kleine tropische vogels is een goede basis. Ze hebben tijdens de broedperiode behoefte aan insecten, levend is het best. Denk aan fruitvliegjes, bladluis en spinnen. Maagkiezel en grit dienen ook altijd aanwezig te zijn in de volière.

De mannetjes hebben een feller verenkleed, waar die van de popjes veel matter van kleur is. Ook zingen de mannetjes, de vrouwtjes doen dit niet.

Deze vogels hebben niet zoveel nodig om hun eieren in te leggen. Soms doen ze het op de grond en soms leggen ze de eieren in een nestkast. Deze vullen ze dan nog wel deels aan met kokosvezel, sisaltouw, mos en veren, mits aanwezig. De vrouwtjes leggen zo’n 4 eieren welke binnen 2 weken uitgebroed worden. Nog eens drie weken later vliegen de jongen uit, ze worden dan nog een korte periode gevoed door hun ouders.

De rode druppelastrilde is erg lastig om te houden, ze gaan al snel over tot het vermoorden van andere soorten of zelfs hun eigen soort.